DownloadPreken.nl is nog in ontwikkeling, fouten kunnen nog voorkomen. Wilt u ze doorgeven?

Water uit de derde tempel

Dr. G.A. van den Brink • Ezechiel 47:1-12


Ezechiel 47

Herziene Statenvertaling (Uitgeverij Jongbloed)

1 Daarna bracht Hij mij terug naar de ingang van het huis. En zie, er stroomde water uit, van onder de drempel van het huis naar het oosten, want de voorkant van het huis lag naar het oosten. Het water stroomde naar beneden van onder de rechterzijde van het huis, ten zuiden van het altaar.
2 Vervolgens bracht Hij mij naar buiten via de noorderpoort en leidde mij buitenom rond naar de buitenpoort, in de richting die naar het oosten gekeerd is. En zie, uit de rechterzijde borrelde water.
3 Toen de Man naar het oosten naar buiten ging, was er een meetlint in Zijn hand. Hij mat duizend el en liet mij door het water gaan: het water kwam tot de enkels.
4 Hij mat weer duizend el en liet mij door het water gaan: het water kwam tot de knieën. Toen mat Hij er weer duizend en liet mij erdoor gaan: het water kwam tot de heupen.
5 Nog eens mat Hij duizend el: het was een beek waar ik niet door kon gaan, want het water was heel hoog – water waar men alleen zwemmend door kon, een beek waar men anders niet door kon gaan.
6 Hij zei tegen mij: Hebt u het gezien, mensenkind? Toen leidde Hij mij en bracht mij terug naar de oever van de beek.
7 Toen ik teruggekeerd was, zie, bij de oever van de beek stonden zeer veel  bomen, aan deze kant en aan de andere kant.
8 Hij zei tegen mij: Dit water stroomt weg naar het oostelijke gebied en stroomt in de Vlakte naar beneden en komt in de zee. In de zee uitgestort, wordt het water gezond.
9 Het zal gebeuren dat alle levende wezens die er wemelen, overal waar een van beide beken naartoe komt, zullen leven. Daar zal zeer veel vis zijn, omdat dit water daarheen komt, en alles waarheen deze beek komt, zal gezond worden en leven.
10 Verder zal het gebeuren dat er vissers langs zullen staan vanaf Engedi tot En-Eglaïm. Er zullen droogplaatsen voor sleepnetten zijn. Hun vis zal van elke soort zijn, zeer talrijk, zoals de vis in de Grote Zee.
11 Maar de moerassen ervan en de poelen ervan zullen niet gezond worden: ze zijn aan het zout prijsgegeven.
12 En langs de beek, langs de oever ervan, zullen aan deze kant en aan de andere kant allerlei vruchtbomen opkomen, waarvan het blad niet zal verwelken en waarvan de vrucht niet zal opraken. Elke maand zullen ze nieuwe vruchten voortbrengen, want het water ervoor stroomt uit het heiligdom. De vrucht ervan zal tot voedsel dienen en het blad ervan tot  genezing.

Gerelateerde preken

God is er (niet) bij

Dr. G.A. van den Brink • Psalmen 14 • lees meer

Ds. G.A. van den Brink - Handelingen 16:30

Dr. G.A. van den Brink • Handelingen 16:30 • lees meer

Ds. G.A. van den Brink - Handelingen 16:31

Dr. G.A. van den Brink • Handelingen 16:31 • lees meer