DownloadPreken.nl is nog in ontwikkeling, fouten kunnen nog voorkomen. Wilt u ze doorgeven?

Ds. M. Klaassen - Jesaja 1:1-20

Ds. M. (Maarten) Klaassen • Jesaja 1:1-20


Jesaja 1

Herziene Statenvertaling (Uitgeverij Jongbloed)

1 Het visioen van Jesaja, de zoon van Amoz, dat hij gezien heeft over Juda en Jeruzalem, in de dagen van Uzzia, Jotham, Achaz en Hizkia, koningen van Juda.
2  Luister, hemel,
neem ter ore, aarde!
Want de HEERE spreekt:
Ik heb kinderen grootgebracht en doen opgroeien,
maar zíj zijn tegen Mij in opstand gekomen.
3 Een rund kent zijn bezitter
en een ezel de kribbe van zijn eigenaar,
maar Israël heeft geen kennis,
Mijn volk heeft geen inzicht.
4 Wee het  zondige volk,
volk van zware ongerechtigheid,
nageslacht van kwaaddoeners,
kinderen die verderf aanrichten!
Zij hebben de HEERE verlaten,
de Heilige van Israël verworpen,
zij zijn vervreemd, van achter Hem vandaan.
5 Waarom wilt u nog meer geslagen worden?
 U gaat gewoon door met uw afvalligheid.
Heel het hoofd is ziek,
en heel het hart is afgemat.
6 Vanaf de voetzool tot het hoofd toe
is er geen gezonde plek aan:
wonden en striemen
en gapende wonden,
niet uitgedrukt, niet verbonden,
en niet met olie verzacht.
7  Uw land is een woestenij,
uw steden zijn met vuur verbrand,
uw bouwland – voor uw ogen
eten vreemden het op;
het is een woestenij, als door vreemden ondersteboven gekeerd.
8 De dochter van Sion is overgebleven
als een hutje in een wijngaard,
als een nachthutje op een komkommerveld,
als een belegerde stad.
9  Als de HEERE van de legermachten
ons niet een gering aantal ontkomenen had overgelaten,
als  Sodom zouden wij geworden zijn;
wij zouden Gomorra gelijk geworden zijn.
10 Hoor het woord van de HEERE,
leiders van Sodom!
Neem de wet van onze God ter ore,
volk van Gomorra!
11 Waartoe dienen voor Mij uw vele offers?
zegt de HEERE.
 Ik heb genoeg van de brandoffers van rammen
en het vet van gemest vee;
en in het bloed van jonge stieren, lammeren of bokken
vind Ik geen vreugde.
12 Wanneer u komt om voor Mijn aangezicht te verschijnen –
wie heeft dit van u  gevraagd,
dit platlopen van Mijn voorhoven?
13 Breng niet langer nutteloze offers.
Het reukwerk is Mij een gruwel.
Nieuwemaansdag en sabbat, het bijeenroepen van samenkomsten:
Ik verdraag het niet; het is onrecht, zelfs de bijzondere samenkomsten.
14 Uw nieuwemaansdagen, uw feestdagen
haat Ik met heel Mijn ziel;
ze zijn Mij tot last;
Ik ben het moe om ze te dragen.
15 En  wanneer u uw handen uitspreidt,
verberg Ik Mijn ogen voor u;
ook wanneer u uw gebed vermeerdert,
luister Ik niet:
uw handen zitten vol bloed.
16 Was u, reinig u!
Doe uw slechte daden
van voor Mijn ogen weg!
 Houd op met kwaad doen,
17 leer goed te doen,
zoek het recht!
Help de verdrukte,
doe de wees recht,
bepleit de rechtszaak van de weduwe!
18 Kom nu, laten wij samen een rechtszaak voeren,
zegt de HEERE.
 Al waren uw zonden als scharlaken,
ze zullen wit worden als sneeuw;
al waren ze rood als karmozijn,
ze zullen worden als witte wol.
19 Als u gewillig bent en luistert,
zult u het goede van het land eten,
20 maar als u weigert en ongehoorzaam bent,
zult u door het zwaard gegeten worden;
want de mond van de HEERE heeft gesproken.

Gerelateerde preken

Concrete adviezen voor de gemeente

Ds. M. (Maarten) Klaassen • 1 Timotheus 5:1-16 • lees meer

De kracht van het gepredikte Woord

Ds. M. (Maarten) Klaassen • 1 Thessalonicenzen 2:13 • lees meer

Ds. M. Klaassen - Galaten 4:1-7

Ds. M. (Maarten) Klaassen • Galaten 4:1-7 • lees meer