14 Toen wendde de HEERE Zich tot hem en zei: Ga in deze kracht van u, en u zult Israël uit de hand van Midian verlossen. Heb Ik u niet gezonden?
15 Maar hij zei tegen Hem: Och, mijn heer! Waarmee zal ik Israël verlossen? Zie, mijn geslacht is het armste in Manasse en ik ben de jongste in mijn familie.
16 Maar de HEERE zei tegen hem: Omdat Ik met u zal zijn, zult u Midian verslaan alsof het maar één man was.