DownloadPreken.nl is nog in ontwikkeling, fouten kunnen nog voorkomen. Wilt u ze doorgeven?

Ds. M.M. van Campen - Lukas 22:7-30

Ds. M.M. van Campen • Lukas 22:7-30 • Leerdienst

Heidelberger Catechismus

Belijdenis: Heidelberger Catechismus
Zondag 28
75


Lukas 22

Herziene Statenvertaling (Uitgeverij Jongbloed)

7  De dag van de ongezuurde broden brak aan, waarop men het Pascha moest slachten.
8 En Hij stuurde Petrus en Johannes eropuit en zei: Ga heen, maak voor ons het Pascha gereed, zodat wij het kunnen eten.
9 Zij zeiden dan tegen Hem: Waar wilt U dat wij het gereedmaken?
10 En Hij zei tegen hen: Zie, als u de stad binnengaat, zal iemand u tegemoetkomen die een kruik water draagt. Volg hem naar het huis waar hij binnengaat.
11 En u zult tegen de heer des huizes zeggen: De Meester zegt u: Waar is de eetzaal waar Ik het Pascha met Mijn discipelen eten zal?
12 En hij zal u een grote bovenzaal wijzen, die volledig is ingericht. Maak het daar gereed.
13 Zij nu gingen weg en vonden het zoals Hij hun gezegd had; en ze maakten het Pascha gereed.
14  En toen het uur gekomen was, ging Hij aan tafel aanliggen, en de twaalf apostelen met Hem.
15 En Hij zei tegen hen: Ik heb er vurig  naar verlangd dit Pascha met u te eten, voordat Ik ga lijden.
16 Want Ik zeg u dat Ik daar zeker niet meer van zal eten, totdat het vervuld is in het Koninkrijk van God.
17 En nadat Hij een drinkbeker genomen had en gedankt had, zei Hij: Neem deze en deel hem onder elkaar.
18 Want Ik zeg u dat Ik niet drinken zal van de vrucht van de wijnstok, totdat het Koninkrijk van God gekomen is.
19  En Hij nam brood en nadat Hij gedankt had, brak Hij het en gaf het aan hen met de woorden: Dit is Mijn lichaam, dat voor u gegeven wordt. Doe dat tot Mijn gedachtenis.
20 Evenzo nam Hij ook de drinkbeker na het gebruiken van de maaltijd en zei: Deze drinkbeker is het nieuwe verbond in Mijn bloed, dat voor u vergoten wordt.
21  Maar zie, de hand van wie Mij verraadt, is met Mij aan de tafel.
22 En de Zoon des mensen gaat wel heen  zoals bepaald is, maar wee die mens door wie Hij verraden wordt.
23 En zij begonnen zich onder elkaar af te vragen wie van hen het toch zou zijn die dat zou doen.
24 Er ontstond ook onenigheid onder hen over wie van hen geacht werd de belangrijkste te zijn.
25 En Hij zei tegen hen:  De koningen van de volken heersen over hen, en wie macht over hen hebben, worden weldoeners genoemd.
26  Bij u echter moet dat zo niet zijn,  maar de belangrijkste onder u moet als de jongste worden en wie leiding geeft als iemand die dient.
27 Want wie is belangrijker: hij die aanligt of hij die bedient? Is het niet hij die aanligt?  Ik echter ben in uw midden als Iemand Die dient.
28 En u bent het die steeds bij Mij gebleven bent in Mijn verzoekingen.
29  En Ik beschik u het Koninkrijk, zoals Mijn Vader dat aan Mij beschikt heeft,
30 opdat u eet en drinkt aan Mijn tafel in Mijn Koninkrijk en  op tronen zit en de twaalf stammen van Israël oordeelt.

Gerelateerde preken

Het zegel van de Geest

Ds. M.M. van Campen • Efeze 1:13-14 • lees meer

Uw Heilzon is aan

Ds. M.M. van Campen • Maleachi 4:2 • lees meer

In de leer bij de spinnen

Ds. M.M. van Campen • Spreuken 30:28 • lees meer