8 Gelukkig zijn uw mannen, gelukkig deze dienaren van u, die voortdurend in uw dienst staan en uw wijsheid horen!
9 Geloofd zij de HEERE, uw God, Die behagen in u heeft gehad, door u op de troon van Israël te zetten! Omdat de HEERE Israël voor eeuwig liefheeft, daarom heeft Hij u tot koning aangesteld, om recht en gerechtigheid te doen.