DownloadPreken.nl is nog in ontwikkeling, fouten kunnen nog voorkomen. Wilt u ze doorgeven?

Geef de Heere de hand

Ds. P. den Butter • 2 Kronieken 30:1-12


2 Kronieken 30

Herziene Statenvertaling (Uitgeverij Jongbloed)

1 Daarna stuurde Hizkia boden naar heel Israël en Juda, en hij schreef ook brieven aan Efraïm en Manasse dat zij naar het huis van de HEERE in Jeruzalem moesten komen om voor de HEERE, de God van Israël, Pascha te houden.
2 De koning had immers met zijn leiders en heel de gemeente in Jeruzalem overleg gepleegd of men het Pascha in de  tweede maand zou houden,
3 want zij hadden het niet op de vastgestelde tijd kunnen houden, omdat de priesters zich niet genoeg geheiligd hadden en het volk zich niet in Jeruzalem verzameld had.
4 Deze zaak was goed in de ogen van de koning en in de ogen van heel de gemeente.
5 Zo stelden zij vast  dat men door heel Israël, van Berseba tot Dan, een oproep  zou laten uitgaan dat zij moesten komen om in Jeruzalem het Pascha te houden voor de HEERE, de God van Israël, want zij hadden het lange tijd niet gehouden zoals het voorgeschreven was.
6 De ijlboden gingen door heel Israël en Juda op weg met de brieven van de hand van de koning en zijn leiders, overeenkomstig het gebod van de koning. Zij zeiden: Israëlieten, bekeer u tot de HEERE, de God van Abraham, Izak en Israël. Dan zal Hij terugkeren tot de ontkomenen die van u overgebleven zijn uit de hand van de koningen van Assyrië.
7 En wees niet als uw vaderen en als uw broeders, die aan de HEERE, de God van hun vaderen, ontrouw waren, zodat Hij hen tot verwoesting overgegeven heeft, zoals u ziet.
8 Wees nu niet halsstarrig  zoals uw vaderen. Geef de HEERE de hand en kom naar Zijn heiligdom, dat Hij voor eeuwig geheiligd heeft, en dien de HEERE, uw God. Dan zal Zijn brandende toorn zich van u afkeren.
9 Want als u zich tot de HEERE bekeert, zullen uw broeders en uw kinderen barmhartigheid vinden bij hen die hen als gevangenen weggevoerd hebben, zodat zij in dit land zullen terugkomen.  De HEERE, uw God, is immers genadig en barmhartig, en zal het aangezicht niet van u afwenden als u zich tot Hem bekeert.
10 Zo trokken de ijlboden van stad tot stad door het land van Efraïm en Manasse, tot Zebulon toe, maar men lachte hen uit en bespotte hen.
11 Maar toch vernederden sommigen van Aser, Manasse en van Zebulon zich en kwamen naar Jeruzalem.
12 Ook was de hand van God in Juda om hen eensgezind te laten zijn,  zodat zij deden overeenkomstig het gebod van de koning en de leiders, volgens het woord van de HEERE.

Gerelateerde preken

Sheba's Queen Sings the Praise of Israel's King

Ds. P. den Butter • 1 Koningen 10:8-9 • lees meer

Desiring Healthy Good

Ds. P. den Butter • 1 Petrus 2:1-3 • lees meer

An Instructive Post-Script

Ds. P. den Butter • 1 Petrus 5:12 • lees meer