1 Te roemen is werkelijk niet gepast voor mij, want ik zal komen op verschijningen en openbaringen van de Heere.
7 En opdat ik mij door het allesovertreffende karakter van de openbaringen niet zou verheffen, is mij een doorn in het vlees gegeven, een engel van de satan, om mij met vuisten te slaan, opdat ik mij niet zou verheffen.